Een preek interessant maken voor tieners: tien tips

Jongeren vinden het soms lastig om de preek goed te volgen tijdens een kerkdienst. Er worden moeilijke woorden gebruikt of de thema’s raken niet aan hun leven. Hoe kan je er als voorganger of spreker op letten dat je preek aantrekkelijk is voor hen? Samen met BEAM, het Nederlands Dagblad en de Theologische Universiteit Utrecht organiseerde Geloofwaardig Spreken een preekwedstrijd waarin we op zoek gingen naar de beste preek voor jongeren. (Binnenkort lees je wie van de 88 inzenders heeft gewonnen!) 

 

Tijdens het beoordelen van de preekwedstrijd, had ik met meerdere (s)prekers contact over hoé je (s)preekt voor tieners en jongeren.

Onder andere met Jenne Minnema, jeugdwerkadviseur bij Kerkpunt. Daarnaast maakt hij theaterpreken waarbij hij deze principes met vallen en opstaan probeert toe te passen. Onderstaande tien tips verschenen eerder in JEUGD, het kwartaalmagazine over kerkelijk jeugdwerk van Kerkpunt.

 

Door Jenne Minnema 

 

1. Maak Bijbelse thema’s relevant.

Weet jij wat er speelt in de levens van de tieners in je gemeente? Welke thema’s houden hen bezig? Wat speelt er in de jeugdcultuur? En sluit je daarbij aan? Tieners van nu zijn op zoek naar diepgang. Fun is overal verkrijgbaar, maar de kerk is juist sterk in inhoud. Vraag jezelf altijd af: wat heeft de gemiddelde tieners aan dit Bijbelgedeelte/onderwerp wat ik wil bespreken? Wat voegt het toe aan zijn/haar leven? Hoe kan hij/zij groeien door wat ik vertel? Tieners van nu hebben ook niets meer met dogma’s. Ze hebben hele concrete vragen. Vragen over wat er NU om hen heen gebeurt. En wat God daarvan vindt/mee te maken heeft.

 

2. Wees concreet.

Tieners kunnen nog niet goed abstract denken. Heel vaak hoor ik nog preken die gebouwd zijn rond een metafoor. ‘Jezus is het licht der wereld’ is daar een voorbeeld van. Om dat te begrijpen moet je abstract kunnen denken en dat is bij met name jonge tieners nog in ontwikkeling. Jezus is niet letterlijk een licht of lamp. Dat tieners dit niet kunnen heeft o.a. te maken met de ontwikkeling van hun hersenen. Een puberbrein is nog geen volwassen brein. De verbindingen tussen de verschillende hersendelen zijn nog veel minder aanwezig. Daardoor is abstract denken nog lastig. En ervaren ze een preek vol metaforen en abstracte inhoud snel als saai en lang. Dat is dus geen onwil, maar onkunde! Gebruik dus geen abstracte metaforen óf leg ze goed uit (dat kan natuurlijk wel!).

 

3. Wees echt en daarin een voorbeeld. Geloof wat je preekt.

Dat klinkt misschien wat vreemd, maar tieners van nu hebben (ook weer in het kader van de al eerdergenoemde echtheid) behoefte aan voorgangers die menen wat ze zeggen. Ook op de preekstoel is het belangrijk zo veel mogelijk authentiek te zijn. Tieners hebben een sensor voor nepheid en prikken daar feilloos doorheen. Met al die nepheid, fakenieuws, algoritmes, deep-fake video’s etc van tegenwoordig is de behoefte van tieners aan echtheid groter dan ooit. Dit is een kans voor de kerk én jouw preek. Ga niet popie jopie doen als je dat niet bent, maar kies een aanpak die eigen voor je is. Ik ben geen theaterpreken gaan doen om populair gevonden te worden of om hip te zijn, maar omdat het bij me past. Daarin ben je dan gelijk een voorbeeld voor je tieners! Vanuit dit principe komt ook de volgende tip:

 

4. Vertel verhalen.

Verhalen zijn overal om ons heen. De media staan er bol van en Jezus zelf deed het ook: denk bijvoorbeeld aan Zijn gelijkenissen. Een goed verhaal (met duidelijke kop en staart) pakt ze. Maar waar tieners van nu vooral op zitten te wachten zijn verhalen van hoe geloven in deze tijd werkt. Daarom zijn ze bijvoorbeeld zo gek op getuigenissen. Want die zijn echt. Kies als je een getuigenis in je preek verwerkt niet alleen voor succesverhalen zoals bijvoorbeeld een genezing, maar ook voor iets wat nog niet ‘af’ of duidelijk is. Of wat je niet begrijpt, maar dat je vertrouwt dat het ondanks dat toch goed komt. Met andere woorden: kies een getuigenis die niet te ver van jongeren af staat.

 

5. Wijd ze in.

Ik gaf eens mijn catechisanten een leeg papier met de opdracht: ‘maak je ideale kerkdienst. Alles mag, niks is te gek en er zijn geen regels.’ Toen ik na een tijdje een rondje maakte stond er bovenaan elk vel: ‘votum en groet’. Ietwat verbaast vroeg ik waarom ze dat gedaan hadden. “Dat hoort toch zo?” reageerden ze. “Maar weten jullie wat votum en groet is?” Vijftien paar ogen keken me glazig aan. Toen ik het uitlegde maakte glazigheid plaats voor enthousiasme. “Da’s best tof, dat God ons welkom heet” zei de een. “Ja” vulde een ander aan, “maar kan de dominee dat niet op een andere manier zeggen?” Gaan wij er in de kerk niet te snel vanuit dat jongeren alle geschreven en ongeschreven regels wel kennen? Leggen wij voldoende uit waarom we doen wat we doen? En leven wij voor waarom de kerk belangrijk voor ons is? Met andere woorden: wijden wij ze bewust in in het Christen zijn? Hoe kan het dat God hen aan het begin van elke dienst begroet, maar ze dat niet door hebben? En dat de preek zo vaak over hun hoofden gaat? Neem ze mee in het ‘waarom’ en ga er niet te snel van uit dat ze dingen wel weten.

 

6. Kies één duidelijke kernboodschap.

Veel tieners van nu hebben moeite met concentreren en de aandacht langere tijd bij één onderwerp kunnen houden. Hun zn. ‘brokkelbrein’ is door veelvuldig telefoongebruik gewend geraakt aan snelle korte afwisseling van heel verschillende onderwerpen. Turf maar eens hoeveel verschillende onderwerpen je langs ziet komen tijdens 1 minuut scrollen op je tijdlijn. Daar kunnen we van alles van vinden, maar het is wel de realiteit. Je helpt ze door te gaan voor 1 duidelijke hoofdboodschap. En nodig ze uit als ze meer willen weten dat na afloop te vragen.

 

7. Gebruik zoveel mogelijk gewone spreektaal.

Praat zoals je in het dagelijks leven ook praat. Dat is goed te volgen én echt. Het vertalen van de tale Kanaäns naar hedendaags Nederlands (wat iedereen al dan niet bewust doet in zijn hoofd) is in zekere mate vermoeiend én leidt af. Je gedachten zijn het woord aan het vertalen en missen daardoor wat er vervolgens gezegd wordt. Daarnaast kan nog niet elke tiener de vertaalslag maken en kennen ze vaak de betekenis van bepaalde woorden nog niet. En als je andere taal gebruikt dan in je dagelijks gebruik ervaren veel tieners dat ook als niet echt. Waarom doe je op de preekstoel ineens anders dan daarnaast? Dat is in hun beleving nep.

 

8. Als het bij je past: gebruik humor.

Als het niet bij je past: doe het niet. Humor zorgt voor ontspanning, voor een luchtige blik op complexe zaken. Dus als je dat kan is het een goede manier om zware onderwerpen ook te kunnen relativeren. Het kan muren afbreken. Als het je talent niet is: doe het dan niet, want dan is het afbreukrisico groot.

 

9. Let op je lichaamstaal en houding.

Dit is soms best een lastige, maar veel van de communicatie loopt via bijvoorbeeld je gezichtsuitdrukking en je lichaamstaal. Hou het echt, (daar is ie weer… 😊) maar soms kan het helpend zijn voor je luisteraars om iets uit te beelden, even heen en weer te lopen of een voorwerp te gebruiken. En vergeet niet dat de meerderheid van alle communicatie via je gezicht verloopt. Die hoef je dus niet in de plooi te houden als je enthousiast bent of als iets je raakt! Laat het maar zien, dat helpt tieners enorm bij het juist inschatten van je emoties en de gevoelswaarde van wat het geloof op je heeft. Dat maakt ze ook nieuwsgierig: “als dat geloof zoveel met hem/haar doet wil ik ook eens weten wat dat is”.

 

10. Bied hoop.

In deze tijd van onzekerheden en crisis heeft het Christelijk geloof iets heel bijzonders te bieden: hoop. Pubers doorzien nog lang niet alle verbanden en patronen die er in deze wereld zijn. En met alle crisis van nu kan de wereld heel onveilig voelen voor hen. Geef daarom de hoop door die door heel de Bijbel heen spreekt. Het komt goed! Dat kan nu al, maar zeker later. De duivel ís al verslagen. Laat dat tot je doordringen als je je preek voorbereidt…

En tenslotte: wat is je doel? Waarom zou je een preek maken die voor tieners interessant is? Gun je ze God? Gun je ze een preek die ze snappen? Daarmee laat je merken dat ze gezien worden, en zo leren ze dat God interesse in hen heeft. Dat Hij ook met hen een relatie wil!

 

Bovenstaande tips van Jenne sluiten aan bij de checklist voor preken voor tieners. 

 

Wil je de checklist voor preken voor tieners ontvangen? 

checklist voor je preken voor tieners

 

 

 

 

Checklist ontvangen voor preken voor tieners
 

Bron foto: Unsplash.

 

Tags:
mm
Paulien Vervoorn
paulien@geloofwaardigspreken.nl

Spreker, trainer en auteur. Geeft (s)preektrainingen aan sprekers, voorgangers en predikanten die met nog meer impact willen spreken.

Nog geen reacties

Plaats een reactie