Elke 12e van de maand komt een Geloofwaardige Spreker aan het woord om andere sprekers te inspireren. Deze keer luisteren we naar ds. Arie van der Veer.

1.Met recht mag u zich een Geloofwaardige Spreker noemen. Hoe vindt u dat? 
Het is fijn als je mag horen dat de mensen vinden dat wat je zegt uit je hart komt. Het is inderdaad geen geleerd lesje. En komt diep uit mijn hart.
Maar verder zegt mij zo’n ‘titel’ niet veel.

2.Hoe vond u het als kind om een spreekbeurt in de klas te houden? 
We hadden toen nog geen spreekbeurten. We maakten opstellen.

3.Wanneer sprak u voor het eerst over bijbelse onderwerpen?
Op de verenigingen van de kerk. Eerst de knapenvereniging en daarna de jongelingsvereniging. Mijn tienertijd dus.

4.Wat pakt u nu anders aan dan in het begin?
In het begin schreef ik alles uit. Nu maak ik heel veel aantekeningen. En als ik preek of spreek maak ik een hand-out.

5.Aan welke presentatietips hebt u veel gehad?
Tips heb ik nooit gehad. Wel werd in Apeldoorn waar ik studeerde veel aan proefpreken gedaan. Verder let ik nog altijd veel op andere sprekers. Ook daarom ga ik iedere zondag één keer als kerkganger naar de kerk. Wat me wel opvalt –met alle respect- is dat veel voorgangers hun preek voorlezen. Spreken vind ik echt iets anders.

6.Wat merkt u van de Heilige Geest in het voorbereiden en tijdens het spreken?
Ik bid voortdurend om Zijn leiding en Zijn hulp. De hulp van Gods Geest merk ik het meest in heit feit dat ik na bijna vijftig jaar preken nog steeds niet om teksten verlegen zit. En ondanks het feit dat in nauwelijks gebruik maak van oud materiaal, ben ik altijd weer op tijd klaar met alle voorbereidingen.

7. Wat wilt u bereiken met uw spreken?
In de eerste plaats dat mensen begrijpen wat ik zeg. In de tweede plaats wil ik dat ze blijven luisteren. En natuurlijk hoop ik dat ik hen langs die weg mag bereiken met het evangelie. De niet-gelovige, of randkerkelijke is mijn doelgroep.

8. Wat is het meest gênante dat u als spreker meegemaakt hebt?
Als jonge predikant liet ik mijn preek en toga achter in een auto die op slot ging waarbij de motor nog draaide. Het was vijf minuten voor tijd! Eigenlijk is dat het begin geweest dat ik uit mijn hoofd ben gaan preken. Ik moest die morgen wel. Het was nota bene in Apeldoorn. De kerk waar de professoren van de CGKerken. Het is goed gegaan en ook nog in een gewoon pak. Zo gaat het tot op de dag van vandaag. In de kast hangen twee toga’s.

9. Op welke momenten hebt u last van podiumvrees?
Ik heb weinig last van podiumvrees. Vreemde plekken vind ik wel moeilijker. Maar daarom ga ik altijd vroeg ergens heen als ik uit preken ga. Elders preken doe ik dat in de praktijk maar weinig. Nog steeds preek ik in Zwolle. Al meer dan veertig jaar…

10. Welke spreker uit de Bijbel inspireert u? 
Jezus inspireert me met Zijn klare taal die Hij ontleent aan het dagelijks leven.

11. Wat spreekt u aan in Jezus’ toespraken?
Jezus spreekt zo begrijpelijk. Dominees en sprekers doen dat vaak veel ingewikkelder.

12. Wat zou u doen als Jezus de eerstvolgende keer in het publiek zou zitten?
Ik denk me elke zondag in dat Hij door Zijn Geest aanwezig is. Het zou raar zijn als Hij er niet was. Dus ook de volgende keer reken ik op Hem en op Zijn steun.